De werklessen van cabaretier Tim Fransen: ‘Als ik vastloop, ga ik het liefst ’s nachts wandelen’

Het belang van korte gewoonten

‘Friedrich Nietzsche is in veel opzichten een mafklapper, laten we daar geen doekjes om winden. Maar hij zegt wel iets moois over het belang van korte gewoonten. In eerste instantie inspireren bepaalde routines, maar na een tijd passen ze misschien niet meer omdat je situatie of je behoeftes veranderen. Uiteindelijk raakt elke bouwgrond uitgeput, schrijft Nietzsche. Je moet niet bang zijn om gewoontes te stoppen of aan te passen. Zelf had ik dat met pianospelen. Voorheen nam ik me voor om vijf keer per week een uur piano te spelen, maar ik kreeg last van een verkrampte bovenrug als ik langer dan zo’n 30 minuten speelde. Toen heb ik bedacht: laat ik nou twintig keer een kwartier doen. Ik had opeens veel meer zin om piano te spelen. Een kwartier is laagdrempelig en vaak bleef ik langer zitten.’

Espressodagen

‘Ik wissel schrijfdagen af met ‘onderhoudsdagen’. Op onderhoudsdagen doe ik alle praktische dingen, zoals sporten, boodschappen doen, mails beantwoorden en mijn sociale media bijwerken. Mijn schrijfdagen noem ik ‘espressodagen’, want alleen dan drink ik koffie, stipt om één uur. Als het me niet lukt om een telefoongesprek af te kappen waardoor ik om 10 over één mijn koffie drink, vind ik dat niet fijn want dan is mijn planning verstoord. Voor mij werkt die afwisseling tussen inspanning en ontspanning van de geest goed.’

Beoordeel een idee niet te snel

‘Overal neem ik een notitieboekje mee naartoe. Daarin schrijf ik ook de grootste bagger. Ik hoop niet dat iemand die boekjes ooit gaat lezen. De ideeën in dat boekje, hoe klein ook, beoordeel ik niet. Want ook al is het een slechte ingeving, door het op te schrijven is het uit mijn systeem. Ik heb ooit bij het vak psychologie geleerd dat creativiteit uit twee fases bestaat. De eerste fase is het ruwe proces van ideeën genereren en de tweede fase is het beoordelen van wat je hebt bedacht. Volgens mij moet je niet te snel overgaan tot oordelen, want daarmee blokkeer je die vrije stroom.’

Kijk naar je inzet, niet naar de output

‘Of ik een geslaagde werkdag heb gehad, meet ik nooit af aan de uitkomst, maar aan de inzet. Anders krijg je grote schommelingen in je humeur. Ik weet van tevoren namelijk niet of ik inspiratie heb, of dat ik creatief zal zijn. Ik heb wel in de hand dat ik achter mijn bureau ga zitten en opensta voor wat er komt. Zolang ik dat doe, ben ik tevreden.’

Doe er altijd iets anders bij

‘In deze coronatijd zijn mijn optredens afgelast en kan ik voor het eerst al mijn tijd besteden aan het schrijven van een boek. Altijd dacht ik: dat is het paradijs! Joseph Heller schreef Catch22 toen hij in de avonduren bij een reclamebureau werkte. Hij kon zijn baan opzeggen nadat het boek een succes was geworden. Grappig genoeg werd hij minder productief toen hij alleen nog schrijver was. Dat herken ik. Als het schrijven even niet gaat, heb ik nu niets meer om op terug te vallen. Het voelt alsof je eigenwaarde direct wankelt. Ik denk dat het goed is om meerdere ijzers in het vuur te hebben. Doe er altijd wat bij.’

Koester de wanhoop

‘Tijdens het maken van een nieuw theaterstuk komt er altijd een moment dat ik niet meer weet hoe ik verder moet. Het is verleidelijk om afleiding te zoeken, met vrienden afspreken bijvoorbeeld. Ik weet dat ik daar niet aan moet toegeven. Omarm de wanhoop, duw ’m niet weg. Vaak ga ik wandelen. Als ik met het probleem op stap ga, hoef ik er niet steeds aan te denken, maar krijg ik toch vaak een ingeving. Ik wandel graag ’s avonds laat, als iedereen slaapt en alles dicht is. Alsof mijn geest nog vrijer wordt als er geen maatschappelijk leven gaande is.’

Dankbaarheidslijstje

‘Ambitie komt voort uit een gevoel dat je iets wilt bereiken dat er nog niet is en dat maakt onrustig. Overdag probeer ik die ambitie aan te zwengelen, maar na een werkdag wil ik dat gevoel temperen. Het werkt goed voor mij om voor het slapengaan drie dingen te bedenken waar ik dankbaar voor ben. Dankbaar zijn is het tegenovergestelde van een gevoel van tekort. Het gaat over dingen die er al zijn. Dat mogen ook triviale zaken zijn, zoals: ik ben dankbaar dat er zoiets bestaat als aardbeien, want dat zijn toch een soort snoepjes van de natuur, bomvol vitamine C.’